Home

vrijdag 19 december 2014

Mooie afsluiting van mijn verblijf!

Gezien we vorige week niet Senegal in konden stelde Alhagie voor om nog twee dagen naar Casamance (Zuid Senegal) te gaan. Dat lijkt me wel leuk en dan heb ik ook mijn visum niet helemaal voor niets. We kunnen een nacht in campement Kunja in Kafounine verblijven waar we al meerdere keren zijn geweest en waarvan de eigenaar een goede kennis van ons is.
Zondagmorgen vertrekken we en eerst wil ik even langs Tineke uit Amsterdam die in Gunjur verblijft. Afgelopen donderdag is ze hier getrouwd. Ik kon er toen helaas niet naar toe omdat Yaay ziek was en dat uiteraard voor ging. Tineke legt ons uit waar we moeten zijn maar we rijden veel te ver door en moeten dus omkeren. Uiteindelijk vinden we haar met haar fiets langs de weg. Tineke voorop en wij met de auto erachteraan. Een paar straatjes verder arriveren we bij haar roundhut die ze aan het bouwen is. Het is een grote hut en het ziet er allemaal mooi uit, alleen moet er nog het e.e.a. gebeuren. Tineke helpt ook zo goed mogelijk mee met de bouw en het gaat vast wel lukken, ook al loopt ze zo nu en dan tegen allerlei bouwtechnische problemen aan, maar dat is in Gambia niet meer dan normaal. Leuk om haar weer te zien en na even wat bijgepraat te hebben vervolgen we onze weg naar Kafountine. In het grensgebied moet je drie keer uitstappen bij verschillende grensposten om je paspoort te laten zien. Zeker op de heenweg heeft dat nogal wat in. Bij de eerste grenspost vraagt een ´aardige´ dame van de immigratiedienst het bekende How are you? Where do you come from? Dat zie je toch in mijn paspoort, denk ik dan, maar ik antwoord beleefd, The Netherlands, No, I mean where do you stay in Gambia? O, in Tanji, antwoord ik. How is Tanji? Tanji is fine I think, antwoord ik dan. Wat is dat nou voor een vraag? Where are you going too? I am going to Kafountine, antwoord ik weer. How is Kafountine? Hoe kan ik nou weten hoe Kafountine is, lang niet geweest maar antwoord heel beleefd, Kafountine is fine. Wat een vragen stellen ze soms. Dan verwijst ze me naar een mannelijke collega waar ik opnieuw mijn paspoort moet laten zien en zo ongeveer dezelfde vragen toebedeeld krijg. Hij vertelt me tevens dat ik moet wachten op de baas, want die zit in de moskee en die moet mijn gegevens in een groot boek schrijven. En dit terwijl de man met een pen in zijn hand zit en het grote boek voor zijn neus heeft liggen. Maar nee, gewoon wachten tot de baas klaar is met zijn middaggebed.
Na nog twee grensposten gepasseerd te hebben kunnen we doorrijden naar Kafountine. De weg naar dit dorp is een stuk verbeterd alleen moet je erg uitkijken voor de drempels in de weg. Het zijn een soort ronde bobbels waar je de auto flink op stuk kunt rijden als je niet op tijd gas terug neemt. In Gambia worden ze ´sleeping police´ genoemd en je hebt ze dan ook in alle soorten en maten maar soms liggen er hele dikke politiemannen over de weg heen. Gelijk naar campement Kunja gereden waar we ontvangen werden door Lamin de zoon van Tanjo, de eigenaar. Nadat we onze kamer toegewezen hadden kregen en Alhagie wat vlees achter over geslagen had zijn we een strandwandeling gaan maken. Ook in Kafountine wat normaal gesproken redelijk toeristisch is, is nu praktisch geen toerist te zien. Langs het strand nog even een bezoek gebracht aan een campement waar wat oude bekenden van Alhagie verblijven en daarna een tijdje naar de wegvarende vissersboten staan kijken wat een prachtig kleurrijk tafereel is. Als we terug komen op Kunja zit Binta op ons te wachten. Het is of ik een oude vriendin terug zie. Zo leuk om haar weer te zien. Het is alweer twee jaar geleden dat ik haar hier heel kort heb gezien. Binta heb ik leren kennen in Tanji toen ze nog bij Kairoh Garden werkte en we hadden altijd een leuk contact samen. Ze is inmiddels alweer ruim twee jaar terug bij haar familie in Kafountine. Onder het genot van een lekker bord met friet en een salade kletsen we bij. Binta verkoopt nu in de ochtenduren ontbijt op de veranda van een lokaal winkeltje voor voorbijgangers en buurtbewoners. Dit bevalt haar goed en zo heeft ze wat inkomen. Ze is overduidelijk gelukkig hier en dat is het belangrijkste. Nadat Binta door Alhagie naar huis is gebracht gaat hij Balla ophalen. Balla heb ik ook leren kennen op Kairoh Garden en heeft een speciaal plaatsje in mijn hart. Ik vind hem zo verschrikkelijk aardig en gun hem het allerbeste. Hij is muzikaal erg getalenteerd en ik hoop voor hem dat hij zich daarin uiteindelijk kan ontwikkelen. De rest van de  avond gezellig met Balla doorgebracht en bijgepraat.
De volgende ochtend na een ontbijt op het terras met rondom ons exotische planten en vogels in allerlei kleuren vertrekken we weer richting Gambia, maar eerst nog even langs de Satang Jabang school in het dorp. Deze school is opgezet vanuit een Nederlands initiatief en heeft nu ook een botanische tuin. Gezien ik die tuin nog nooit gezien heb maar er wel het e.e.a. over gehoord heb wil ik deze graag zien. Tanjo, die ook betrokken is bij deze school, stapt in onze nu nog mooie witte auto en we gaan op weg. Op een gegeven moment staat er een flinke plas water op het zandweggetje en komen we vast te zitten. Tanjo rolt zijn broekspijpen op en waad door de modder om instructies aan Alhagie te geven. Alhagie probeert eerst vooruit en dan weer achteruit uit de modder te komen. Door de met kracht ronddraaiende wielen spat de modder op tot over het dak. Na een tijdje kunnen we maar amper meer door de ramen naar buiten kijken die druipen van de modder, maar gelukkig komen we er even later uit. Tanjo stapt weer in en we rijden nog een stukje verder totdat we bij de ingang van de tuin aankomen. Nadat we eerst de auto bekeken hebben en geconcludeerd hebben dat we er zo echt niet mee naar huis kunnen rijden lopen we de tuin in en verbaas ik me over de mooie groene en kleurrijke tuin. Prachtig! We krijgen wat uitleg over de natuurlijke manier van composteren en de medicinale werking van de vele planten en bloemen die er groeien. Het is de bedoeling dat er een boekje gemaakt wordt over de verschillende planten en bloemen en hun werking en ze gaan ook proberen de planten zo te bewerken dat ze als medicijn verkocht kunnen worden. Erg interessant en ik denk meteen aan Franco die o.a. ook met dit idee rondloopt voor zijn compound.
Daarna eerst terug naar Kunja om de auto even te wassen. Vandaar uit rijden we terug naar Gambia en komen we halverwege de middag weer aan.
Diezelfde middag komt Alhagie Bah bij ons op bezoek en praat ik even bij over zijn zieke moeder.
Het gaat nu ietsje beter met haar. Ze kan in elk geval weer wat slapen maar heeft nog steeds veel pijn wat vanuit haar rug komt. Ik vertel hem dat ik met wat hulp uit Nederland nagedacht heb over de situatie. Gezien de moeder naar verloop van tijd weer terug moet naar haar dorp in het binnenland waar amper medicatie te verkrijgen is vind ik het belangrijk dat we zoveel mogelijk doen op natuurlijke basis en geef ik wat advies over het aanpassen van haar voeding. Wat betreft haar rug, daar is hier in Gambia weinig tot niets aan te doen. Ik denk dat als ze terug gaat naar haar dorp dat het goed is om een matras en een comfortabele stoel voor haar aan te schaffen. Verder zal ze het moeten doen met pijnstillers. Ik beloof Alhagie Bah om de volgende dag mee te gaan naar Latrikunda en de moeder nogmaals op te zoeken. De medicatie die ze neemt is al bijna op en die wil ik bij kopen in een goede apotheek. Ik had nog een nieuwe pot met multivitaminen staan van Solgar die ik voor haar mee neem. Aangekomen in Latrikunda zit de hele slaapkamer vol met familie. Ik vraag me even af of ik dat op prijs zou stellen als ik ziek op bed lag, maar in Gambia is dat heel gewoon. Nadat we even gekeken hebben welke medicatie nog nodig is rijden Alhagie Bah en ik naar een apotheek op Westfield en halen daar voldoende medicatie bij voor de komende maanden. Terug gekomen neem ik afscheid van de moeder en de familie en rijd ik samen met Houwa, die ook meegekomen is weer naar Tanji.
Als ik thuis kom wacht Kia op me. Kia is de vrouw van Alhagie´s beste vriend. Ze wil me op komen zoeken. Voordat ik ons restaurant nader waar iedereen zit te lunchen zie ik een levende kip half in een plastic zak op de stoep liggen. Ik hoor dat Kia die voor mij mee gebracht heeft om als diner lekker op te peuzelen. Jammer dan, ik ben vegetarier! Even later zie ik onze kokkin de veren van de kip plukken, nadat deze een kopje kleiner is gemaakt. In de avonduren peuzelt Kia en Alhagie de kip op en kijk ik toe nadat ik mijn vegetarische maaltijd heb genuttigd. Dan krijg ik een telefoontje van Yvonne Hulsebos die een DVD voor mij heeft meegebracht. Hierop staan twee documentaires die over mij en het werk van FFYP onlangs zijn gemaakt door Omroep Brabant. De laatste aflevering heb ik nog niet kunnen zien en daarom ben ik erg benieuwd. Nadat we Kia naar Brikama hebben gebracht gaan we op zoek naar Yvonne en Fred die ergens in Kotu verblijven. We hebben ze al snel gevonden en onder het genot van een kopje thee kletsen we wat bij. Nadat we thuisgekomen zijn ga ik snel naar bed want het is al laat.
De volgende ochtend komt eerst Marijke uit Sanyang gezellig even op bezoek en daarna ga ik met Alhagie op stap om wat formulieren op te halen die ingevuld moesten worden voor Calibris. Gelukkig heb ik ze allemaal kunnen inzamelen en doen we nog wat boodschappen. Als ik thuis kom vertel ik iedereen op onze compound dat we na de maaltijd de DVD zullen bekijken. Dus zit dezelfde avond iedereen verwachtingsvol bij de TV in ons restaurant. Er komen zelfs buren en andere bekenden kijken. Zo gauw de TV beeld laat zien is het een en al hilariteit. Ik probeer nog iets van de tekst te volgen maar gezien de anderen of zichzelf in beeld zien of andere bekenden wordt er heel wat afgekakeld en gelachen. Tot twee keer toe wordt alles bekeken en dan begint Alhagie zijn ervaringen te vertellen over Nederland. Iedereen zit met gespitste oren te luisteren en af en toe wordt er wat gelachen. Hoewel ik er weinig van kan verstaan ben ik ervan overtuigd dat iedereen vanavond een belangrijke les geleerd heeft over het leven in Europa.
Ik heb met Houwa, JJ en Baks afgesproken dat ik op de donderdag voordat ik vertrek een leuke middag wil organiseren voor Mariama en Yaay. Deze gehandicapte kinderen zitten altijd maar op de compound gezien ze beiden niet kunnen lopen en ik vind dat ze zo nu en dan een uitstapje verdiend hebben. Dus informeren we de ouders dat de kinderen omstreeks drie uur in de middag opgehaald worden in een rolstoel. Zo gezegd zo gedaan. Om drie uur rijden we de bus voor bij Mariama, die natuurlijk niet klaar is. Hier kan Mariama niets aan doen natuurlijk maar ik mopper wel op de moeder want ik wil niet langer dan 10 minuten wachten gezien het anders te laat wordt. Wonder boven wonder heeft de moeder haar in een sneltreinvaart klaar en kunnen we Yaay op gaan halen. Ook heb ik Fatu meegenomen. Zij is het dochtertje van degene die voor mij kookt en ik heb met haar te doen. De hele dag hangt ze rond bij ons op de compound en verveelt zich suf. Ik schat haar een jaar of 7/8 en eigenlijk zou ze naar school moeten. Ze is erg stil en gedraagd zich over het algemeen heel kalm maar ik zie ook regelmatig dat ze nogal gefrustreerd is. Ze kan niet goed met andere kinderen overweg en is altijd alleen dan wel met haar moeder. Yaay en Mariama plaatsen we met de rolstoelen achterin de bus en JJ gaat bij hen zitten om te voorkomen dat de rolstoelen omkieperen op de hobbelwegen in Tanji. We rijden met vooral een uitgelaten Yaay achterin, die ook haar radio´tje wat ze van Harrie heeft gekregen luidt aan heeft staan. naar het Kololi Monkey Park. Daar aangekomen krijg ik zomaar 100 dal. korting omdat ze het zo leuk vinden dat we met gehandicapte kinderen het park komen bezoeken.  Het park is alleen erg moeilijk begaanbaar met de rolstoelen en de aapjes zijn ver te zoeken. Nadat we nog een ander pad genomen hebben waar ook geen aap te zien is deze keer besluiten we maar om terug te keren naar de harde weg want dit is geen doen. Yaay kiept verschillende keren bijna uit haar rolstoel en met twee mensen moeten we haar zien te blanceren. De rolstoel van Mariama is gelukkig wat stabieler. Als we het park weer uitkomen en we in de richting van Senegambia lopen zien we alsnog aapjes. Gelukkig hadden we wat pinda´s gekocht en op die manier kunnen we de apen naar ons toe lokken. En ja hoor ze komen. Houwa, Baks en JJ beginnen met voeren. De kinderen zijn eerst nog wat voorzichtig maar uiteindelijk beginnen ze ook pinda´s te gooien. Alleen Mariama niet. Zij is ook mentaal gehandicapt en stopt de pinda´s met schil en al zelf in haar mond. Vandaaruit lopen we verder en zoeken een restaurant op waar ik wat mensen ken. Er worden tafels aan elkaar geschoven voor ons en als we uiteindelijk allemaal zitten, bestellen we frisdrank met een rietje. Yaay heeft het enorm naar haar zin en babbelt honderd uit. De rest moet steeds vreselijk lachen om haar, alleen Mariama en Fatu zijn wat stiller maar ik zie dat ook zij op hun eigen manier genieten van dit uitstapje. Een blank echtpaar die een paar tafels van ons vandaan zitten slaan ons gade en genieten zichtbaar mee. Op een gegeven moment staat de man op en komt naar ons toe om met zijn glas wijn te klinken op de frisdrank van de kinderen. Even later komen ze naar ons toe en schudden elk van ons een hand als afscheid. Ze vertellen me dat ze uit Belgie komen en ook mensen ondersteunen hier in Gambia.
Dan kom ik met het idee om nog even met de kinderen naar de kunstmarkt te gaan om een klein cadeaut´tje te kopen als herinnering aan deze dag. Dus tillen de we de rolstoelen over verschillende drempels en gaan de kunstmarkt op. Ik geef Baks de opdracht om een armbandje te kopen voor de kinderen. Dat is zo gefixt en elk kind krijgt een kleurig armbandje. Voordat we een paar stappen verder zijn komt er een vrouw naar ons toe die alle kinderen een gratis kettinkje toebedeeld. Normaal gesproken ben ik geen fan van deze markt omdat de verkopers zo verschrikkelijk kunnen zeuren om hun spullen aan de man te brengen, maar nu niets van dat alles. Iedereen kijkt ons na en is erg vriendelijk. Terwijl we het terrein willen verlaten komt er weer een vrouw naar ons toe die de kinderen nog een armbandje geeft. Als we staan te wachten om de weg over te steken om naar de auto te gaan komt er een vrouw in een rolstoel naar ons toe en ze vraagt aan Yaay of ze haar mag omhelzen. Yaay stemt toe en terwijl ze Yaay omhelst zegt ze dat ze tegen Yaay: ´I love you´. Dan vraagt ze of ze Mariama mag omhelzen en terwijl ze zit doet herhaalt ze deze woorden nog een keer. Ik ben enigszinds verbaasd maar ook enorm ontroert door dit gebaar. We vragen haar hoe ze heet en waar ze vandaan komt. Ze zegt dat iedereen haar mama Africa noemt en uit Tanji komt. Ik vertel haar dat we de kinderen meegenomen hebben om ze een leuke dag te bezorgen en dan laat ze me weten dat ze dit erg waardeert. Zelf is ze ondanks haar handicap getrouwd en heeft vier kinderen. Ze verteld ons dat ze altijd probeerd om andere gehandicapten uit hun isolement te halen.  Ondertussen is er een andere gehandicapte vrouw aan komen rijden in haar rolstoel die dit beaamd. Ze zegt, ik zat altijd maar thuis op de compound te huilen totdat ik mama Africa ontmoette. Zij stimuleerde mij om uit te gaan en nu ik onder de mensen kom ben ik veel gelukkiger. Terwijl ik me van binnen warm voel worden door deze toevallige en inspirerende ontmoeting zie ik vanuit mijn ooghoeken dat Baks tot tranen geroerd is. Nadat we afscheid genomen hebben van deze lieve mensen rijden we terug naar Tanji. Onderweg wordt Harrie´s radio weer geinstalleerd en kakelt vooral Yaay gewoon weer verder achterin de bus. Baks laat me onderweg weten dat toen we daar stonden, omringt door gehandicapten zowel kinderen als volwassenen, het besef tot hem kwam dat ook zij gewoon mensen zijn zoals wij allemaal. Dit besef is er bij de meeste mensen in Nederland al lange tijd maar in Gambia nog zeldzaam. Een groot goed dat er weer één iemand is die dit besef nu gekregen heeft en dit weer uit kan dragen aan anderen.
Nadat we Yaay en Mariama weer veilig thuis gebracht hebben hoor ik van zowel JJ, Houwa als Baks dat ze enorm genoten hebben van de middag. En volgens mij ben ikzelf degene die nog wel het meest genoten heeft! Het was geweldig!

Zaterdag vlieg ik weer naar huis met een goed gevoel en weer een heleboel ervaringen rijker.
Ik ben erg blij dat ik deze vijf weken heb kunnen delen met vele lieve Gambianen die mij omringen en mijn speciale dank aan Alhagie die zoveel met mij en voor mij heeft gedaan! Ik zal iedereen en vooral hem weer erg missen de komende maanden in Nederland.





Geen opmerkingen:

Een reactie posten